Ballonnen bij de start van de 3e Giro etappe in Amsterdam

Als voorbereiding op de 100 Cols tocht rij ik ook een aantal toertochten. Dus stond ik zaterdag met 5000 andere liefhebbers aan de start van de 130km Giro toertocht in Utrecht en was ik de volgende dag om 07.00u weer present bij het Olympisch Stadion voor de 150km Giro toertocht vanuit Amsterdam. Dat vonden met mij 3000 mannen en vrouwen ook een leuke tijdsbesteding voor de zondag. Met het risico om weer voor een fietssnob te worden uitgemaakt: fietsen wordt mij te populair.
Als ik me gerealiseerd had dat in Utrecht was gekozen voor een pelotonsstart had ik het niet gedaan. Over de eerste 2,5km deed ik een kwartier. Mijn fietsmaatjes was ik toen al kwijt. In Amerongen kreeg ik de huid vol gescholden door iemand die in het pak links van de weg als een slak op een teerton naar boven reed. Volgens mij was het gaatje groot genoeg, maar een of andere gladiool die mij op hetzelfde moment voorbijstak, dacht dat ook. En toen werd het wat krap. Verder is het in zo’n peloton hollen of stilstaan. Letterlijk. Op de Lekdijk ter hoogte van ‘Fietsstad Houten’ moest je om de haverklap vol in de remmen, om daarna weer even vrolijk vanuit stilstand met meer dan 40km/u over de weg te raggen. Na afloop van zo’n rit ben je kapot. Niet van het fietsen maar van de voortdurende concentratie die nodig is om niet bij iemand naar binnen te rijden of door een ander tegen het asfalt gewerkt te worden. Wat dat betreft leek het de echte Giro wel. Wat ze in Utrecht super geregeld hadden was dat het hele parkoers verkeersvrij was.
In Amsterdam hoopte ik op minder drukte, maar dat viel tegen. Er waren er behoorlijk wat die kennelijk Carolien Gehrels het startschot wilden horen lossen. Na een geneutraliseerd rondje langs de toeristische bezienswaardigheden van Amsterdam waren bij de Linnaeusstraat ineens de verkeersregelaars op, wat voor de verkeerspolitie aanleiding was om het complete peloton het fietspad op te duwen. Tja, dan is het dus weer remmen en erbij blijven. Het was een mooi rondje (net als in Utrecht trouwens). De laatste 50km was het bikkelen tegen de wind in langs de ringvaart. Ik ben schaamteloos achterin een waaier gaan zitten, die overigens zo hard reed dat ik niet op kop had kunnen komen, zelfs als ik had gewild. Met thuisstart kwam ik toch weer aan 180km. ’s Middags heerlijk relaxed op de bank gezeten om de profs over alle drempels te zien vallen die ik zelf had weten te ontwijken. Op maandag nog even een half uurtje bij de start van de ‘grote’ jongens wezen kijken. In het echt zijn die trouwens zo klein en vetloos dat ik me heb voorgenomen te proberen om er toch nog een paar kilo extra af te krijgen. Het was een welbesteed weekend. Ik heb er twee roze shirtjes aan overgehouden en een rustdag van mijn Webtrainer coach. Alleen merkte ik dat ik maandag op weg naar mijn werk in mijn hoofd nog voortdurend aan het roepen was: PAALTJE!