Iedere Nederlandse wielrenner die in het verleden ook maar iets voorstelde krijgt tegenwoordig zijn eigen ‘Classic’. Waarom al die rondjes Classic heten mag Joost weten, want de meesten zijn nog geen 10 jaar oud. Je hebt de Jan Janssen Classic, de Joop Zoetemelk Classic, de Gerrie Knetemann Classic, de Henk Lubberding Classic, de Peter Winnen Classic, de Erik Dekker Classic, enzovoort, enzovoort. Vreemd genoeg is iemand vergeten om ook Hennie Kuiper en Michael Boogerd hun eigen Classic te geven. Zelfs Pieter Weening heeft al zijn eigen ‘Classic’ (wat hopelijk niet betekent dat zijn carrière al tot het verleden behoort). Zo’n Classic is meestal een uitgepijlde toertocht, waarbij als het even kan de wielerheld ook zelf aan de start verschijnt. Mijn favoriete Classic is de Steven Rooks Classic. Ik heb volgens mij alle 6 keer meegedaan. De eerste keer stond ik aan de start met coryfeeën als Gerrie Knetemann, Peter Winnen, Greta Smit, Bas van de Goor, Freek de Jonge en natuurlijk Steven Rooks zelf.
De weergoden waren de editie van 2009 zeer goed gezind. Dat kon niet direct gezegd worden van de Belgische autoriteiten. Naar verluidt wordt het steeds moeilijker om toestemming te krijgen om grootschalige fietsevenementen in de Ardennen te organiseren. Ook Le Champion meldde op een gegeven moment dat Luik-Bastenaken-Luik dit jaar op losse schroeven stond. Ergens kan ik de Belgen wel begrijpen. Vooral het aantal onbeschofte fietsers stijgt elk jaar met stip. Ondanks de oproep aan de start van Steven om de verkeersregels te respecteren werd er over de volle breedte van de weg gekoerst, tegemoetkomend verkeer of niet. Stoplichten worden massaal genegeerd, lege verpakkingen van energierepen gewoon op straat gegooid. Als je wel voor een stoplicht wacht, zoals ik deze keer keurig heb gedaan (ik reed alleen, dan is het ook makkelijker om je te gedragen), word je stijfgevloekt omdat de ‘heren’ er niet langs kunnen.
Tja, en handel heb je er als gastland tegenwoordig ook niet meer van, want de ravitaillering was prima verzorgd. Ook de routepijlen hingen er over het algemeen keurig bij. Behalve dan vlak voor de Redoute. Daar reed de groep waar ik in verzeild was geraakt de verkeerde kant op. Toen we het parkoers weer gevonden hadden zaten we al in de afdaling. Uiteindelijk heb ik volgens mijn Garmin toch nog 154 kilometer gereden met 2026 hoogtemeters en een gemiddelde snelheid van 26,3 km per uur. Ik ben er trots op. Ook heel blij was ik met mijn klimtijd op de Drolenval. Een heel naar steil bergje is dat, waar behoorlijk wat fietsers moesten afstappen. Met 6:53.6 was ik niet eens zoveel langzamer dan mijn Webtrainer Bergop coach Marcel Lamberts. Maar Marcel zal er wel geen maximale hartslag van 197 aan overgehouden hebben. Vanwege het missen van de Redoute heeft de organisatie me wel uit de uitslag van de 158km verwijderd en me tussen de 117km fietstoeristen neergezet. Vooruit dan maar. Het was een perfecte fietsdag. Hopelijk maakt Steven het weer goed met de Belgen en leren de deelnemers het komende jaar ergens manieren. Dan fiets ik in elk geval weer mee.